Klei van de sjeik
Wist je dat ...
... een goedgelovige sjeik uit het Midden-Oosten zogezegd klei had gevonden waaruit bakstenen konden gemaakt worden. Hetgeen opmerkelijk zou zijn geweest gezien ginder geen klei te vinden is. Zand was en is er wel in overvloed. De sjeik was overtuigd van zijn gelijk. Hij kreeg op een bepaald moment Albert Hermans op bezoek. Deze laatste kwam uit Zutendaal en trok geregeld voor zaken naar de Arabische landen in het Midden-Oosten waar hij de sjeik, waarvan sprake, leerde kennen. Albert Hermans verkocht soep aan het personeel van Ford Genk. Het legde de man geen windeieren. In het centrum van Zutendaal zette hij zijn eerste woonblok neer. Het was het begin van een succesvolle carrière als vastgoedmakelaar. Hij baatte in zijn gemeente ook een zandgroeve uit die na het stopzetten van de zandwinning dienst doet als surfplas.
De sjeik had hem overtuigd om een zak van het gele en bruine zand uit zijn land mee te nemen naar België. Eenmaal thuis trok Albert ermee naar zijn vriend Gaston Nelissen die het wilde proberen om er bakstenen van te maken. Het leek te lukken. De bakstenen hadden nagenoeg dezelfde kleur als de stenen die Nelissen uit de klei in hun groeven produceerde. Enkele stalen werden mooi uitgestald in de toonzaal van Nelissen. Maar wat bleek? Na enkele dagen was er van de bakstenen niks meer te bespeuren. Ze waren tot een hoop los zand vervallen. De zogenaamde klei van de sjeik was nep. Hij hield zand voor klei en dacht dat hieruit even kwaliteitsvolle bakstenen gevormd konden worden als in ons land.
... een goedgelovige sjeik uit het Midden-Oosten zogezegd klei had gevonden waaruit bakstenen konden gemaakt worden. Hetgeen opmerkelijk zou zijn geweest gezien ginder geen klei te vinden is. Zand was en is er wel in overvloed. De sjeik was overtuigd van zijn gelijk. Hij kreeg op een bepaald moment Albert Hermans op bezoek. Deze laatste kwam uit Zutendaal en trok geregeld voor zaken naar de Arabische landen in het Midden-Oosten waar hij de sjeik, waarvan sprake, leerde kennen. Albert Hermans verkocht soep aan het personeel van Ford Genk. Het legde de man geen windeieren. In het centrum van Zutendaal zette hij zijn eerste woonblok neer. Het was het begin van een succesvolle carrière als vastgoedmakelaar. Hij baatte in zijn gemeente ook een zandgroeve uit die na het stopzetten van de zandwinning dienst doet als surfplas.
De sjeik had hem overtuigd om een zak van het gele en bruine zand uit zijn land mee te nemen naar België. Eenmaal thuis trok Albert ermee naar zijn vriend Gaston Nelissen die het wilde proberen om er bakstenen van te maken. Het leek te lukken. De bakstenen hadden nagenoeg dezelfde kleur als de stenen die Nelissen uit de klei in hun groeven produceerde. Enkele stalen werden mooi uitgestald in de toonzaal van Nelissen. Maar wat bleek? Na enkele dagen was er van de bakstenen niks meer te bespeuren. Ze waren tot een hoop los zand vervallen. De zogenaamde klei van de sjeik was nep. Hij hield zand voor klei en dacht dat hieruit even kwaliteitsvolle bakstenen gevormd konden worden als in ons land.